Toulouse Lautrec toont het dagelijks leven van een ongewone school. De school verwelkomt leerlingen met een handicap, zoals Marie-Antoinette, een energiek meisje met quadriplegie, en Charlie, die lijdt aan een hersentumor.
Er zijn ook leerlingen zonder handicap, zoals Victoire, een tiener die gedwongen wordt om naar deze atypische omgeving te gaan om haar broer te vergezellen. Ondanks haar aanvankelijke tegenzin overwint ze geleidelijk haar vooroordelen. Ze ontdekt vriendschap, liefde en een geest van solidariteit. De moed en veerkracht van haar klasgenoten en de toewijding en altruïsme van de ouders en het onderwijzend personeel zijn een bron van inspiratie voor haar. Deze alledaagse helden zullen haar diep raken en haar leven onomkeerbaar veranderen.