Na acht jaar ballingschap keert Martin terug naar Berlijn. Hij was betrokken bij de Duitse Revolutie van 1918/1919 en moest als gevolg daarvan het land verlaten. Verarmd en eenzaam worstelt hij zich alleen verder totdat de marktverkoopster Hanne hem onderdak biedt, ook al heeft zij niet veel geld. Ze worden verliefd en Martin vindt zelfs werk op de bouwplaats voor de metro door Tempelhofer Feld. Op een dag stort hij daar echter in, waarop de zwangere Hanne probeert hem weer gezond te maken.